BACK 



De Tyne "Steenkool-rivier" deel 2

(opgedragen aan Jo en Dick Swiers)


In deel 1 liet ik meer zien van de vier oudste bruggen over de Tyne bij Newcastle
upon Tyne. Dat was niet van tevoren zo bedacht, maar ik heb me gewoon laten
leiden door mijn enthousiasme. Dus nu maar zien wat deel 2 ons brengt.

Toen ik vorige week met mijn Engelse vriend John langs de Tyne reed,
moest ik naarmate we Newcastle upon Tyne naderden steeds meer denken
aan jullie vader met zijn Coal Ship of Coal Steamer (zoals de Engelsen zo'n
schip noemden) van de S.S.M.
Die hele dag was voor mij puur genieten van het nieuwe, maar ook met
een  blik naar het oude gericht. De “Steenkool rivier.”



Port of Tyne in vroegere tijden.


    Vanaf de Noordzee voer Timen Swiers hier destijds de Tyne op, om zijn schip vol te
laden met steenkool, bedoeld voor de Nederlandse industrie en huishoudens.

Een grondstof van levensbelang dus.
Maar er werd later ook stadsgas van gemaakt enzodoende kon er gas naar de
huizen geleid worden, naar keukens en kachels.

Zo dachten jullie misschien niet na over het werk van jullie vader. Maar nu besef je
vast dat het werk wat jullie vader in zijn “Tyne periode” deed, van levensbelang
was voor volk en vaderland. Prachtig toch. Het zal hem een goed gevoel gegeven
hebben als hij met een vol geladen schip Port of Tyne weer uitvoer.

Je ziet op de foto dat de Tyne hier breed genoeg is voor zeeschepen. Maar
gaandeweg richting Newcastle wordt de Tyne smaller. En een paar kilometer na
Newcastle wordt de rivier zelfs te smal voor zeeschepen.



“Port of Tyne” zoals het er nu uit ziet.


Dunston Staites. 1939.
Het Steenkool-laadstation waar jullie vader vaak geladen moet hebben.
Een paar jaar na de opening in 1893 is het laadstation fors uitgebreid uitgebreid.
Op de voorgrond: Gasfabriek.

De Tyne was een belangrijke route voor de export van steenkool vanaf de 13de
eeuw tot de degeneratie van de steenkoolgebieden van Noordoost Engeland
in de tweede helft van de 20ste eeuw.

Sommige mijnen raakten uitgeput en er werd steeds minder met kolen gestookt.
De grootste steenkool-laadplaats aan de Tyne voor schepen was in Dunston,
vlakbij Newcastle. De indrukwekkende houten stellages (een soort
houten pieren), die werden gebruikt voor het laden van de steenkool
op schepen, zijn bewaard gebleven bij Dunston in Gateshead.
Het zijn monumenten die men graag wil behouden.



nogmaals Dunston Staithes



Stoomschepen liggen aan de staithes kolen te laden, terwijl een aantal schepen
op hun beurt liggen te wachten in het “Staithes Basin,” zoals men dat noemde.



Dezelfde foto als de vorige, maar dan ingekleurd, zoals men dat vroeger deed,
vóórdat de kleurenfilm zijn intrede deed.




Staithes waren eigenlijk een soort houten pieren, die vanaf de wal in een bocht de
rivier in staken. Dus evenwijdig aan de rivier.

Helemaal bovenop werden lorry's (op rails) met kolen de pier op geduwd met kleine
 stoomtreinen. Die treintjes hadden hun vracht afgehaald van de steenkoolstations.

Daar werd door steenkool-treinen de steenkool aangevoerd vanuit de mijnen in heel
Noord-Oost Engeland.

In de begintijd werden die lorries leeggekiept via kokers, zo de scheepsruimen in
(op de volgende foto te zien). Doordat dit gevaarlijk werken was, werd dit verboden en
liet men de lorries, met verrijdbare portaalkranen, eerst een eind zakken.
Op deze foto zie je vier van die portaalkranen. Maar tegenwoordig zijn de Staithes
in Dunston alleen nog monumenten van Industrieel Erfgoed.



Het innemen van steenkool volgens de oude methode, nog van bovenaf via een trechterzak.


Met een ministoomtreintje werden de lorries met kolen naar
het bovendek van de staithes gereden.



Panorama Dunston Staithes. Vandaag de dag geconserveerd als Industrieel Erfgoed.

De Engelsen vinden hun geschiedenis belangrijk en waardevol.
Je kunt dat ook merken, want de steenkool-staithes en alles wat ermee
te maken had langs de Tyne, wordt nog steeds door vooral Engelse
toeristen bezocht. En natuurlijk de Musea in Newcastle upon Tyne niet
te vergeten. Ik was er even.  Veel te kort. Mijn bezoek aan het
Steenkool bolwerk aan de Tyne van weleer vloog voorbij.

Voor een geïnteresseerde is één dag ook veel te kort, weet ik nu.


Dunston Staithes in de Tyne, zoals ik ze vorige week zag en betrad.

Ontroerend, om daar boven op het staithes-dek te staan. Gelukkig wordt het
bewaard voor het nageslacht als “Industrieel Erfgoed.”

Veel toeristen hebben een naam van een voorouder gekerfd in een balk van deze
prachtige houtconstructie. Sinds vorige week zit nu ook de naam “Timen Swiers” in
een balk gekerfd. Dat kon ik niet laten.

Natuurlijk valt er veel meer te vertellen over Newcastle upon Tyne en de “Steenkool
Rivier” Tyne. Zowel historisch als hedendaags gezien. Net als in Nederland waren ook
dáár misstanden en de haven- en mijnstakingen. Maar er was, mede door de
steenkoolindustrie, ook een opbloeiende economie. En met eigen ogen heb ik het
moderne leven aan de Tyne en in Newcastle upon Tyne gezien. Indrukwekkend.
Maar dit is mede tot stand gekomen door de Steenkool-industrie van weleer.

En het vervoer per schip van die steenkool, was daar een onmisbare schakel in.




Zonsondergang over Dunston Staithes.
Een mooi einde voor een story die in feite over Timen Swiers ging.




Timen Swiers,

in herinnering.



Garry Wiggers, november 2013


terug naar boven